Mondzorgpartijen bij rechter in verzet tegen NZa-tarieven
Mondzorgpartijen bij rechter in verzet tegen NZa-tarieven
Donderdag 2 oktober j.l. vond de rechtszaak plaats rond het kostprijsonderzoek die de ONT, KNMT en NVM-mondhygiënisten, en de VTvO (de vereniging van tandartsen voor orthodontie) aanspanden tegen de NZa. We vroegen de rechtbank daarin om de beoogde tarieven per 1 januari 2026 tot nader order op te schorten en terug te vallen op de tarieven van 2025 plus de gebruikelijke indexatie. De gezamenlijke mondzorgpartijen spanden de zaak aan om de tariefsverlagingen die de zorgautoriteit op basis van het kostprijsonderzoek per 1 januari 2026 wil doorvoeren tegen te houden. Die vormen een serieus risico voor de toegankelijkheid van de mondzorg.
De rechter zou normaalgesproken na afloop van de zaak binnen drie weken uitspraak doen. Bij aanvang van de zitting werd besproken om de uitspraak in een vergelijkbare rechtszaak rond de huisartsentarieven af te wachten. In deze zaak spelen gelijksoortige argumenten een rol, met name ten aanzien van de methodiek die de NZa gebruikt om de normatieve arbeidscomponent (nac) vast te stellen (specifiek het uren- en weken-criterium). Pas na de uitspraak over de huisartsentarieven wordt onze zaak afgerond. Het streven van de voorzieningenrechter is om voor het einde van het jaar tot een uitspraak te komen. Dat betekent ook dat pas in de loop van de maand december definitief bekend zal worden welke tarieven per 1 januari 2026 gaan gelden.
Parallel aan de rechtszaak over een voorlopige voorziening zijn de gezamenlijke mondzorgpartijen ook in bezwaar gegaan bij de NZa zelf. Deze bezwaarprocedure loopt nog; we zijn in afwachting van reactie van de zorgautoriteit op onze bezwaren. Tijdens de zitting bij de rechtbank in Den Haag gaf de NZa aan te verwachten in december 2025 een hoorzitting te organiseren rond de ingediende bezwaren, en in februari 2026 een besluit kenbaar te maken. Het verloop van deze procedure is echter mede afhankelijk van de uitspraak in de nu voorliggende rechtszaak.